Werken met formules

Tik de formule gewoon in. De * staat voor vermenigvuldigen en met / maak je een breuk. Met de pijltjestoetsen wandel je door de formule. Als de formule klaar is, druk je op [Return]:
Als je nu plot intikt
en op [Return] drukt, dan wordt de grafiek getekend:
De grafiek wordt getoond tussen x=-10..+10 en y=-10..+10. Met het Zoom menu kan je in- en uitzoomen. Het centrum van de grafiek kan je voorlopig nog niet verplaatsen.
In het Plot menu vind je een aantal mogelijke manieren om de functie te plotten:
Dots tekent een aantal punten van de grafiek. Als de functie te snel van waarde verandert, zie je duidelijk 'gaten':
Connected dots doet hetzelfde als het voorgaande, maar verbindt de punten door lijnen.
Intervals tekent de grafiek met behulp van een intervallen-methode.
PENDING: meer uitleg over de verschillende plot-methoden.

Terug